De Merkur XR4Ti.
Eind jaren 70 van de vorige eeuw werd bij Ford Europa de Sierra ontwikkeld, als opvolger van de populaire Taunus.
Er werd een koetswerk ontworpen dat veel aerodynamischer was dan de hoekige Taunus.
De Ford Sierra werd in 1982 geïntroduceerd in drie verschillende versies en met 8 motoren.
In Europa werden de Sierra’s gebouwd in Ford’s belgische fabriek in Genk.
(Uwe Bahnsen met de XR4Ti)
De Merkur XR4Ti was een kortstondige versie van de verkoop van de de Europese Ford Sierra XR4i in de Verenigde Staten en Canada van 1985 tot 1989.
Het was het eerste voertuig van Ford’s Merkur merk, gevolgd door de Merkur Scorpio in 1988.
Ford hoopte onder dit merk Europese topmodellen in Noord Amerka te importeren.
De hele onderneming was uiteindelijk niet succesvol vanwege haperende verkoopkanalen, de Duitse Mark wisselkoersen, en over het algemeen een zwakke marketing tactiek.
Begin jaren 80 ging Ford Motor Company op zoek naar een uitbreiding van haar productaanbod in de Verenigde Staten met een sportief model, om het op te kunnen nemen tegen het groeiende succes van de BMW 3 series en de Saab 900.
Men wendde zich opnieuw tot een beproefde tactiek, een product uit de Europese catalogus op de amerikaanse markt brengen. Voorheen was dit reeds met succes gedaan met de Ford Capri en de Ford Fiesta. Ford’s Executive Vice President of International Operations en hoofd van Ford Europe, Bob Lutz, wilde in dat project de Europese Ford Sierra importeren in de Verenigde Staten. De keus viel daarbij op de sportiefste variant van de europese Sierra, de XR4i met de keulse 2.8 liter V6.
Ford CEO Pete Peterson kon zich daarin wel vinden en besloot dat de duitse coupé Merkur moest gaan heten, het duitse woord voor kwik. De auto zou worden verkocht via selecteerde Lincoln Mercury dealers. Mercury betekend in het engels ook kwik.
Achterliggende gedachte was tevens om met deze marketingtactiek een doelgroep te bereiken die anders nooit zou overwegen een Lincoln of Mercury te kopen.
Wie iets van marketing afweet en een product succesvol wil maken, weet dat je een pakkende naam moet bedenken die makkelijk te onthouden is, en prettig of simpel is uit te spreken.
De naam Merkur was slim bedacht, maar miste al deze eigenschappen.
Het bleek ook niet zo eenvoudig om de Sierra naar de VS te brengen.
De auto kon niet verkocht worden als Sierra.
Die naam werd op dat moment gebruikt door General Motors in Noord-Amerika voor twee volledig verschillende voertuigen: de GMC Sierra en de vergelijkbaar klinkende Oldsmobile Cutlass Ciera.
De XR4Ti heeft dan ook nooit de Europese Sierra badge gedragen.
Dan was er de 2.8 V6 motor van de XR4i, die vrijwel zeker niet zou kunnen voldoen aan de federale emissieeisen.
Ford had twee opties voor de geamerikaniseerde XR4i.
De geblazen Ford Lima 2.3 liter viercylinder SOHC zonder intercooler met brandstofinjectie aangestuurd door een EEG-IV computer, die de voorkeur had van Lutz.
Deze motor was al in gebruik bij de Thunderbird Turbo Coupe en de Ford Mustang SVO.
Daarnaast bestond het idee om de 5.0 liter V8 van de Mustang GT in te bouwen.
Lutz won toen Ford ingenieurs niet de juiste afstelling en balans van de wielophanging konden realiseren, vanwege de zware V8 voorin de auto.
De amerikaanse Sierra zou dus een turbo motor krijgen, en het koetswerk van de XR4i.
Vandaar de naam XR4Ti, Merkur XR4Ti om precies te zijn, met de “T” van Turbo.
Zo kon de populaire naam van de XR4i behouden blijven en geen verwarring ontstaan met de GMC Sierra.
De motor zou 175pk (130kW) (12 tot 14 psi (0.83-0.97 bar) turbodruk) leveren in combinatie met de standaard geleverde vijf versnellingen handgeschakelde Ford transmissie Type 9.
Daarmee was de auto krachtiger en sneller dan de Sierra XR4i, en ook sneller dan vele grote V8 aangedreven musclecars van die tijd.
Dat mocht ook wel, want de Merkur was ook ruim 130 kilo zwaarder dan haar Europese zusje.
Voor de versie met de optionele drie versnellingen automaat C3 werd de turbodruk iets verlaagd zodat 145pk (108kW) zouden vrijkomen (8 tot 10 psi (0.55-0.69 bar) turbodruk).
Opties voor de XR4Ti bestonden aanvankelijk uit een automatische transmissie, electrisch bediende ramen, centrale vergrendeling, cruise control, lederen bekleding, verwarmde voorstoelen, handbediend rookglazen schuif-kanteldak, en metallic lak.
Omdat opties als electrisch bediende ramen, centrale vergrendeling en cruise control zo vaak werden besteld, werden deze uiteindelijk standaard op elke auto geleverd.
De topsnelheid van de handgeschakelde transmissie in de XR4Ti van 1985-87 was 130MPH (210 km/h).
De handgeschakelde XR4Ti presteerde van 0-60MPH binnen 8 seconden, en de kwart mijl op ongeveer 15.7 seconden.
Dat de Merkur XR4Ti werd geleverd met een limited slip differentieel (LSD) bleek een drukfout in de folders te zijn.
Modellen van de XR4Ti en haar Europese zusje XR4i zijn nooit geleverd met een LSD.
Pas bij de invoering van de XR4x4 en de Cosworth Sierra werd een LSD aangeboden af fabriek. Ondanks de gelijkenis tussen de Ford Sierra XR4i en de Merkur XR4Ti hadden de twee meer dan 850 verschillende onderdelen, inclusief de motor, grotendeels om te voldoen aan de federale regelgeving.
Zo waren onder andere de XR4Ti bumpers enigszins uitgerekt, werd de bodemplaat gewijzigd om ruimte te bieden aan katalysatoren en werden deurbalken toegevoegd.
Om de productielijnen in Genk niet onnodig te belasten, werd besloten de auto te laten vervaardigen door Karmann in Rheine, Duitsland.
De verzending ging vanuit Rotterdam naar de Noord-Amerikaanse havens van Houston, Baltimore, Portland en Los Angeles.
Het koetswerk werd aangeleverd door Ford Genk en de turbogeladen motor door Fords fabriek in Taubate (Brazilië).
Ford had 50 miljoen US$ geïnvesteerd om het model aan de Amerikaanse markt aan te passen.
Het merk Merkur en de XR4Ti werden in 1985 in het westen van Amerika gelanceerd, compleet met een reclame campagne op TV met de gerespecteerde Formule1 coureur Jackie Stewart, en drie maanden later in de rest van de US.
De XR4Ti was meteen een dure auto die in het begin voor US$16.503,00 in de catalogus stond.
De autopers was echter vol lof in de vergelijking tussen de Merkur en andere auto’s in zijn klasse, zoals de BMW 318, Saab 900, Audi 4000.
Maar de potentiële koper kocht met de Merkur geen gevestigde naam zoals BMW, Audi of Saab.
Vier jaar later, in 1989, werden kopers beloond met allerlei premies tot maximaal 4.000 US dollar, hoewel tegen die tijd de catalogusprijs tot US$19.039,00 gestegen was.
De XR4Ti werd een sportieve auto, met dito rijeigenschappen, maar ook met comfort.
Met onafhankelijke wielophanging op alle wielen, voorzijde en achterzijde stabilisatorstangen, relatief zachte dempers en veren (vreemd genoeg gebaseerd op feedback van de F1 legende Jackie Stewart) en voldoende opties om uit te kiezen.
De styling van de auto werd in eerste instantie bepaald door twee elementen: de grote dubbele achtervleugel, en de polycarbonaat panelen op de lagere carrosseriedelen.
Beiden waren functionele ontwerpeigenschappen en hielpen XR4Ti aan het lage luchtweerstands coëfficiënt van slechts 0,33.
Ondanks een bijna 13 minuten durende marketing video met uitleg over de auto, wisten Amerikaanse consumenten niet echt warm te lopen voor de XR4Ti of het bovenliggende merk Merkur.
Allen al het uitspreken van de naam Merkur was voor de meesten al lastig genoeg.
Merkur is een Duits woord en moest volgens de marketeers ook met de Duitse uitspraak gebruikt worden.
Merkur werd verkocht via Fords Lincoln-Mercury-dealernetwerk.
Het verkooppersoneel was gewend om auto’s als de Mercury Grand Marquis en Lincoln Town Car modellen te verkopen, geen Duitse sportievelingen.
Bovendien waren de marges voor een XR4Ti ook veel kleiner voor de verkoper.
In 1986, een jaar nadat de Merkur werd ingevoerd, verkocht Ford negen keer meer Town Cars dan XR4Ti’s.
De stijl van het model was nogal radicaal voor Amerika.
Zelfs in Europa deed die in het begin wenkbrauwen fronsen.
De meeste Merkurs vonden in het introductiejaar goed uitgerust met opties en meestal voorzien van de handgeschakelde verschellingsbak hun weg naar de VS.
Er veranderde niet veel aan de XR4Ti in 1986, wat achteraf het beste verkoopjaar zou worden.
De enige veranderingen zijn een herziene pedaalafstand, nieuwe kleuren voor het lederen interieur, en de toevoeging van een derde remlicht op de onderste vleugel van de achterspoiler.
In 1987 werden meer wijzigingen aangebracht bij de XR4Ti.
De grijze kunststof panelen op de onderste bodydelen konden nu ook in kleur worden besteld, echter alleen bij de kleuren zwart en wit.
De verwarming werd verbeterd en er kwam een grotere ruit in de achterklep.
De 14 inch “telefoonschijf” velgen werden vervangen door 15 inch “appeltaart” spaakvelgen.
Halverwege dat jaar werd de spatbordantenne verplaatst naar een antenne achter de achterruit.
Het dashboard kreeg een facelift waarbij de centrale luidspreker in het midden van het dashboard kwam te vervallen.
En er werd een nieuw audio systeem aan het programma toegevoegd.
Veel van deze onderdelen werden overgenomen uit de Europese Sierra Mk2.
Het Merkur logo op de achterklep werd vervangen door een “geschreven” Merkur embleem.
In 1988 werd de Merkur XR4Ti in de showrooms vergezeld van de Scorpio sedan.
Vanwege drastisch dalende verkopen, wordt een inspanning gedaan om de Merkur wat meer “vrouwvriendelijk” te maken.
De kleur rood wordt toegevoegd aan de kleur van de bodypanelen.
De zo kenmerkende dubbele achterspoiler wordt vervangen door een meer ingetogen type.
Een enkele spoiler, zoals ook te vinden is op de Sierra XR4x4 met vierwielaandrijving.
Verder wordt de stuurinrichting verbeterd, en 15 inch BBS-stijl velgen gemonteerd.
De oude 85MPH snelheidsmeter wordt vervangen door een 150MPH snelheidsmeter.
Dat waren de laatste significante veranderingen die de XR4Ti zou krijgen.
In 1989 volgt nog een kleine wijziging in de C-stijl van het interieur, en dan is in 1990 geen auto van het merk Merkur meer de zien in de showrooms.
Hoewel Ford de jaarlijkse verkopen optimistisch had ingeschat op 15.000 eenheden, kwam de Merkur XR4Ti in het beste jaar 1986 niet verder dan 13.599 verkochte auto’s.
De verkoop daalde tot 7.342 eenheden in 1987 en 6.283 eenheden in 1988.
Zelfs de toevoeging van de Merkur Scorpio, een luxe sedan, aan het assortiment, kon de dalende tendens van de verkoop niet keren, die gedaald was tot 2.870 eenheden in 1989, het laatste jaar van de productie.
De Merkur Scorpio was zo goed als dezelfde auto als de Ford Scorpio en hij kreeg dan ook dezelfde naam.
De Merkur Scorpio werd in mei 1987 geïntroduceerd in het hogere marktsegement waar hij de concurrentie aanging met onder meer de Mercedes-Benz 190E.
Beide Ford-modellen waren zeer succesvol in Europa terwijl de Merkur equivalenten faalden in Noord-Amerika.
Daarvoor worden verschillende oorzaken opgegeven:
Haar ambitieuze verkoopprijs van US$16.503,00, de onbekendheid van het merk Merkur, een stijgende Duitse Deutsche Mark en krimpende dollar verkleinde de slanke marges en aanvankelijk te veel bestelde modellen met een handmatige transmissie.
Het beperkte distributienetwerk van maximaal 800 dealers (600 in de laatste jaren) deed de verkoop van de Merkur ook geen goed.
Tot slot, vanwege de federale veiligheidsvoorschriften voor het 1990 modeljaar zou de toevoeging van airbags en andere veiligheidsvoorzieningen veel kosten voor aanpassingen met zich meebrengen.
Uiteindelijk annuleerde Ford in 1989 het hele Merkurproject.
Eerst werd de XR4Ti geschrapt en enkele maanden later ook de Scorpio.
Ook plannen om nog andere Europese modellen toe te voegen aan het progamma gingen hiermee de ijskast in.
Daarmee belandde de 1985-1989 Merkur XR4Ti (onterecht) in het vergeethoekje van de moderne autogeschiedenis.
De XR4Ti is opmerkelijk om vele redenen; het is in ieder geval de eerste keer dat de amerikaanse autoindustrie, en in ieder geval Ford, het probeerde te nemen tegen BMW, en het is ook een van de eerste sportieve europese auto’s van de grote merken in de VS.
Ondanks het feit dat de XR4Ti nooit is verkocht buiten de Verenigde Staten en Canada, gebruikte Andy Rouse in 1985 de auto om ermee te racen in de Britse Saloon Car Championship.
Hij won de algemene titel voor dat jaar en de klassetitel voor het volgende jaar met 14 overwinningen
In 1986 nam Eggenberger Motorsport deel met een XR4Ti in het DTM (Duitse Touring Car Championship) met goede resultaten.
Ford zou de technische feedback van de teams gebruiken om in 1986 de super versie van de Sierra te ontwikkelen, de Ford Sierra RS Cosworth.
Deze zou op de circuits worden geintroduceerd in 1987, maar medio 1987 al werd vervangen door de Ford Sierra Cosworth RS500.
In 1987 verscheen een speciale editie van de Merkur XR4Ti op de Chicago autoshow en bij enkele dealers, de K2.
Een XR4Ti in wit met blauwe, rode en zilveren logo’s op de deur, compleet met een skirek en een set bijpassende skies op het dak.
Het is niet bekend of het hier alleen om een promotie exemplaar ging, of er auto’s van zijn verkocht, of hoeveel er eventueel zijn verloot.
Onmiddellijke Bekendmaking
Ergens naar toe reizen is de helft van het plezier.
Dat is het plezier van een combinatie van twee topklasse producten, de Merkur XR4Ti sport sedan en K2 ski’s.
Voor de reclamecampagne is een Merkur XR4Ti voorzien van een speciale lak en een striping pakket, een skihouder met K2 ski’s.
De auto zal te zien zijn op diverse auto- en ski evenementen, gedurende het hele jaar.
Bovendien zal K2 Corporation met een loterij voor consumenten bij zijn 1.200 geautoriseerde dealers als hoofdprijs een Merkur XR4Ti verloten.
Model jaar eenheden
1985 12.400
1986 13.599
1987 7.342
1988 6.283
1989 2.870
Totaal 42.464